Dat Jennifer!! 's winters gewoon doorrijdt weet je al wel uit haar eerdere verhalen. Maar het betekent niet dat ze een van haar motoren nooit ’s een poosje laat staan. Hoe bereidt ze die op die lange pauzes voor?
Ik heb de luxe dat ik twee motoren heb: mijn Yamaha XT die bijna elke dag aan de buitenlucht mag ruiken en de oude Moto Guzzi, die om meer liefde vraagt dan je soms zou willen. De Guzzi staat daarom vaak voor een langere periode stil. Maar als hij dan weer rijdt, is het wel zó’n heerlijke machine dat de XT dan weken achter elkaar niet gebruikt wordt. En omdat stilstand ook voor motoren achteruitgang betekent, moet ik ze daar altijd goed op voorbereiden. Ik wil een paar weken of maanden later namelijk wel direct weer kunnen rijden. Hoe doe ik dat?
Onder de douche
Eerst gaat de motor even onder de douche. Zelfs de Guzzi. Het is misschien een oude roestbak, maar ik poets hem evengoed. Dat doe ik vooral omdat ik dan meer aandacht besteed aan de details en onderdelen die ik anders mogelijk over het hoofd zou zien. Tijdens het poetsen loop je meteen de hele motor na, als je het goed doet. Onderdelen die aan vervanging toe zijn of bouten die een beetje los zitten, kom je dan gauw tegen. Dan kan ik ook meteen alles wat losgetrild is vastdraaien. Zijn er onderdelen nodig, dan bestel en monteer ik ze. Dat is een hele zorg minder als je weer wilt opstappen.
Afvullen
De Guzzi staat vaker lang stil dan de XT, en hij vraagt daarbij ook om de meeste zorg. Natuurlijk zet je een motor voor langere tijd altijd weg met een volle tank ethanolvrije benzine (BP, bijvoorbeeld). Doe je er Euro 95 in, dan zijn startproblemen bijna gegarandeerd zoals je kan lezen in een artikel over E10-gevaren op de site. Omdat ook Euro 98 (E5) veroudert, kan je het best ook een goede stabilisator in je volle tank gooien of geen gewone benzine te gebrhuiken, maar het lang houdbare Ecomaxx. Bij de Guzzi is er nog een extra reden om de tank goed af te vullen: hij is van staal, en de benzine voorkomt roestvorming aan de binnenkant. Om startproblemen te voorkomen tap ik ook de vlotterbakken af. Dat hoeft niet bij elke motor met carburateurs, maar bij deze zeker wel.
Levensbloed
Natuurlijk wil ik dat mijn motor na z’n winterslaap weer blij wakker wordt. Gelukkig is dat vrij makkelijk te realiseren en het is nog vermakelijk ook. Als eerste: olie peilen. In mijn werkplaatshandboek voor de XT staat dat olie ‘het levensbloed’ van de motor is. Ik zou het zelf niet beter kunnen verwoorden. Zonder die essentiële smering gaat het helemaal fout. Er moet niet alleen genoeg olie in het blok zitten, maar de olie mag ook niet te oud zijn. Olie verversen doe ik dus altijd volgens de voorschriften en ik schrijf op bij welke kilometerstand ik het gedaan heb. Zo weet ik altijd of het alleen om peilen en bijvullen gaat, of dat de oude olie eruit moet en verse erin. Ook mijn oliefilterwissels houd ik bij.
Vlakke plekken
Daarna loop ik enkele essentiële onderdelen even na. Bijvoorbeeld de remvloeistof, de blokjes en de schijven. Bij de XT gaat het om de ketting spannen en smeren, en bij de Guzzi peil ik het olieniveau van de cardan. Ook de banden kijk ik na. Hoe is het met het profiel en is de bandenspanning nog in orde? Als je niet veel rijdt is het ook goed om de productiedatum even te checken (zie verderop!). Te oude banden verliezen grip, ook als het profiel nog goed is. Staat een motor echt langere tijd stil, dan verplaats ik hem af en toe zodat de banden geen vlakke plekken krijgen.
Druppellader
Als laatste controleer ik de accu en de elektra. Is de accu nog oké, dan hang ik hem regelmatig aan de druppellader. Lampjes en andere elektrische accessoires die het nu nog doen, doen het in principe ook weer als het tijd is voor de eerste rit na de winterslaap. Wat niet werkt, repareer ik meteen.
Winterkooitje
Alles bij elkaar lijkt het best nog een lijstje, maar het is allemaal goed te doen en heel veel tijd kost het niet. Bovendien ben ik zo ook als ik niet rijd lekker aan het sleutelen en in nauw contact met mijn motoren. En als extra voordeel heb ik altijd een motor die het doet. Dat is niet alleen handig voor als de andere er even mee stopt, maar ook omdat ik gewoon wil kunnen opstappen als ik daar zin in heb. Stel je voor: de Guzzi staat een paar maanden stil in z’n winterkooitje. En dan is het opeens de ideale dag om hem wakker te schudden. Ik ben er helemaal klaar voor. Maar hij niet. Die frustratie wil ik mezelf graag besparen!
*Oude banden? Weg ermee!
Rubber veroudert. Daardoor gaat de grip van je banden achteruit als ze ouder worden. Dat merk je als eerste in de regen. Vanaf januari 2000 wordt de productiedatum van banden met een viercijferige code op de band aangegeven. De eerste twee cijfers van deze DOT-code geven de productieweek aan, de tweede twee het productiejaar. De band met DOT-code 2218 werd dus in de 22e week van 2018 geproduceerd. Wanneer moet je banden vervangen? Daarover verschillen de meningen, maar bij een leeftijd van vijf jaar moet je ze in de gaten gaan houden. Na zeven jaar wordt het echt tijd, ook als het profiel nog dik in orde is. Tip: banden met een driecijferige DOT-code zijn van voor het jaar 2000. Acuut vervangen dus!
