Zuiderdijk definitief open

Overig

In juni 2024 vierden we de heropening van de Zuiderdijk met een in alle rust verreden rit. Veel drukker werd het er deze zomer niet, al riep een handvol bewoners het tegendeel. En voor het eerst weten we zeker dat het om een handvol gaat. De Zuiderdijk blijft open – maar we moeten de gemeente Drechterland wel in de smiezen blijven houden.

We zetten het nog even op een rijtje, voor de laatste keer:

• In 2021 tekent de MAG bezwaar aan tegen de motorweekendafsluiting van de Zuiderdijk. De adviescommissie wijst ons bezwaar van de hand (MAGazine 174).

• In 2022 stappen we daarom naar de bestuursrechter. Die zaak verliezen we (MAGazine 180).

• De MAG heeft dan nog één mogelijkheid: de Raad van State, de hoogste algemene bestuursrechter. Daar worden we in juni 2024 in het gelijk gesteld. De motorverbodsborden moeten van de dijk af, en wegbeheerder Drechterland krijgt de opdracht om binnen een half jaar ons oorspronkelijke bezwaar nogmaals te beoordelen, maar dan wel op basis van onderzoek en geregistreerde tellingen, waar eerder geen sprake van was (MAGazine 189).

We hebben gelijk
De gemeente Drechterland deed wat de rechter zei en startte een onderzoek. Het resultaat? Ons bezwaar is ontvankelijk verklaard en het verkeersbesluit is van tafel. Dat is belangrijk nieuws. Maar nog veel belangrijker is dat de gemeente met dit geluidsonderzoek, de inventarisatie van ongevallen op de dijk en de nu wél geregistreerde overlastmeldingen heeft laten zien wat wij al jaren roepen. Deze informatie kunnen we in lopende en toekomstige afsluitingszaken heel goed gebruiken.

Geluidsonderzoek
Het geluidsonderzoek toonde aan dat niet alleen motorfietsen, maar ook auto’s piekbelastingen veroorzaken. Een weekendverbod voor motorfietsen is dus niet te rechtvaardigen, aldus de gemeente in de brief die we ontvingen. Wat in de brief en het meegestuurde onderzoeksrapport alleen maar terloops wordt opgemerkt, is dat de onderzoekers op het gehoor (echt waar...) vaststelden of pieken door auto’s of door motoren veroorzaakt werden. Bij die compleet onbetrouwbare methode worden gegarandeerd getunede auto’s als ‘motorfiets’ genoteerd, wat tellingen voor ons minder gunstig maakt. Ook elders liet het onderzoeksbureau forse steken vallen, maar daar vallen we je niet mee lastig.

Ongevallen
Als wegbeheerders en klagende bewoners niet in staat zijn om geluidsoverlast aan te tonen, worden afsluitingsplannen vaak met een claim op door motorrijders veroorzaakte onveiligheid onderbouwd. Dat gebeurde in de zaak rond deze afsluiting dus ook. Maar wat bleek? In de eerste tien maanden van vorig jaar werden er dertien ongevallen geregistreerd. Bij twee daarvan was een motorfiets betrokken. Dus bevestigt de gemeente nu wat wij al eerder zeiden: “De (ervaren) verkeersonveiligheid kan niet in overwegende mate worden toegeschreven aan het gebruik van de weg door motorfietsen.” Precies.

Meldingen
Bij eerdere zittingen bleek al wat tijdens de zitting bij de Raad van State ook weer duidelijk werd: de wegbeheerder stelde dat er door bewoners “veel” geklaagd werd, maar had geen flauw idee over het aantal klagers, het aantal klachten en de aard van de klachten. Ook dat moest nu dus geregistreerd worden. De gemeente legde alle meldingen vast die in het motorseizoen gedaan werden, zes maanden lang. Het resultaat bewees ons gelijk: de klachten zijn afkomstig van een kleine groep hardnekkige klagers. Bovendien bleek uit de meldingen duidelijk dat de geluidoverlast en de verkeersonveilige situaties mede door auto’s veroorzaakt worden. Zie je wel, zeggen we nog maar eens.

Kleine groep
Dat het geluidsonderzoek en de ongevallenregistraties onze eerdere uitspraken bevestigden, was niet verrassend. Ook in Amerongen (MAGazine 190) liet het geluidsonderzoek zien dat motorrijders slechts voor een deel (een derde!!) van de geluidspieken verantwoordelijk zijn, en de ongevalscijfers zijn ons altijd al bekend als de procedure van start gaat. Maar over de binnengekomen klachten kregen we nooit eerder zwart op wit te zien dat het inderdaad om een heel beperkte groep klagers gaat. Nu wel, gelukkig. De feiten op een rijtje:

• Bij de in 2020 ten behoeve van de afsluiting uitgevoerde enquête werden 898 adressen aangeschreven. Dat zijn dus blijkbaar de adressen waar je overlast zou kunnen ervaren.
• Ondanks oproepen van de actieve, hardnekkige klagers om tijdens de meldingenregistratie van afgelopen jaar maar vooral zoveel mogelijk klachten te melden, kwamen er nu van slechts 39 adressen meldingen binnen. Dat is dus slechts 4,3%  van de indertijd geënquêteerde adressen.
• Die 39 adressen waren met z’n allen goed voor niet meer dan 112 overlastmeldingen in zes (!) motorseizoenmaanden. Daarbij moet je beslist noteren dat ruim zestig procent van die meldingen van niet meer dan vier (!) adressen kwam. Eén adres was zelfs goed voor 38 meldingen – en we weten vrijwel zeker welke beroepsklager daar woont.
• Bij motorweekendafsluitingsprocedures voeren klagers steevast aan dat ze veel last hebben van “al die grote groepen motorrijders”. Bij de nu geregistreerde meldingen waren er slechts vijf (!) die over grote groepen gingen. Da’s dus minder dan één klacht per maand.

Kom maar niet...
Gelukkig werd dit beeld ook door bewoners ondersteund. Eén van hen, iemand die van motorrijders lang niet altijd blij wordt, nodigde ons na de uitspraak van juni uit om het geluid eens bij haar in de tuin te komen ervaren. Ze belde de afspraak af, een dag van tevoren: er was vrijwel geen verkeer, dus er was ook niks te ervaren – en dat was dus midden in de periode dat ons trouwe ploegje motorklagers het tegendeel van hun daken schreeuwde.

Hekel
Het onderzoeksrapport bevestigde ons ook in een heel andere stelling die we in deze procedures altijd aanhalen: “[het ervaren van] hinder is ook afhankelijk van de gemoedstoestand van de persoon, [en van diens] verwachting en houding ten opzichte van het geluid.” Wie eenmaal een hekel heeft aan motorgeluid loopt het risico steeds intoleranter te worden. De kans dat die intolerantie vervolgens op buren overgedragen wordt, is aanzienlijk. Goed dat dit nu ook zwart op wit staat, geformuleerd door een bureau dat werkte in opdracht van een door ons voor de rechter gedaagde gemeente.

Tot slot
Afgesproken was dat de gemeente ons op de hoogte zou houden van de voortgang van het onderzoek. Dat deed men niet. En nu het in opdracht van de gemeente uitgevoerde onderzoek zo glashelder laat zien dat motorrijders niet (alleen) verantwoordelijk zijn voor de ervaren overlast, schrijft diezelfde gemeente toch dat “het geluidsonderzoek en de vele meldingen wel aantonen dat er heel veel overlast wordt ervaren van motorfietsen op de dijk.” Nou nee, beste gemeente, dat wordt dus helemaal niet aangetoond. Integendeel. Daar zullen we Drechterland nog maar eens op wijzen. En dat we de gemeente nauwlettend in de gaten houden, spreekt voor zich. Voorlopig zijn we helemaal blij met de munitie die de uitspraak van de Raad van State én het onderzoek van de gemeente ons bezorgd hebben!


Tekst:
Vera de Bruijn
Beeld:
MAG media
Eerder uitgegeven:
MAGazine 191